Sla navigate over

Amsterdam in 1925: meer kans op tuberculose dan een echtscheiding

26 mei 2025
Geschreven
Centrum
Hele stad
Verleden

100 jaar geleden was Amsterdam een bijzondere mix van ouderwets en modern. Naast paarden en handkarren zag je in de straten ook al trams en auto’s, en Schiphol zette zijn eerste stappen als luchthaven. Hoe leefden de mensen toen? Waar werkten ze? En waar gingen ze op vakantie? We gaan terug naar het Amsterdam van 1925.

Muntplein, Hoek Reguliersbreestraat, 1925.

Tijd in foto’s

Onderzoek en Statistiek (O&S) verzamelt en bewerkt al vanaf 1895 allerlei statistieken over Amsterdam. We delen een aantal opvallende cijfers en trends van precies 100 jaar geleden. Maar we beginnen met 3 mooie foto’s waarop je goed kunt zien dat de stad in die tijd 2 gezichten had.

De Nieuwezijds Kolk aan de Nieuwezijds Voorburgwal. Foto Bernard Eilers, 1925.
De Vijzelstraat maakt met de trams en de bouwput; bouw woon-/winkelcentrum.
Schiphol in 1925: enkele loodsen en een weiland.

Bevolking en woningen

Amsterdam heeft nu 932.000 bewoners en 480.000 woningen. Gemiddeld leven er dus ongeveer 2 mensen in een woning, en de helft van de Amsterdammers woont zelfs alleen. In 1925 had Amsterdam 712.222 bewoners in 169.500 woningen. Dat betekent dat er ongeveer 4 mensen in een woning leefden, 2 keer zoveel dus. Bovendien was het bebouwde gebied veel kleiner. Dat is haarscherp te zien op deze kaart uit 1925.

Kaart, 1925

Nieuw-West, grote stukken West, Plan Zuid, Buitenveldert, de Watergraafsmeer, Zuidoost en grote stukken Noord waren nog niet gebouwd. De stadsdelen Nieuw-West met 160.000 bewoners en Zuidoost met 92.000 bewoners zijn nu zo groot als grote provinciesteden. De mensen leefden in 1925 dus veel dichter op elkaar. Er waren 3 keer zo weinig woningen op een veel kleiner gebied. En daar leefden maar 30 procent minder mensen. Amsterdam was dus vergeleken met nu zeer dichtbevolkt. De drukte moet daarom veel groter geweest zijn.

Sterfte

In 1925 stierven er 6.497 mensen: 3.150 mannen en 3.347 vrouwen. Longtuberculose, kanker en griep waren belangrijke doodsoorzaken. De afgelopen jaren stierven er ongeveer 6.000 mensen per jaar en waren hart- en vaatziekten en kanker belangrijke doodsoorzaken. Tuberculose komt nu heel weinig voor in Amsterdam.

Werk

100 jaar geleden was de diamantbewerking groot, met ruim 10.000 werknemers. En er werkten ook rond de 6.000 mensen in drukkerijen. Ruim 400 mannen en vrouwen werkten in de korsettenfabrieken voor de dames en een iets kleiner aantal mensen maakte herenhoeden en petten.

In de machinefabrieken telde het personeel ongeveer 5.000 personen. En er waren rond de 3.000 venters, 5.000 kooplieden en ongeveer 12.000 zee- en binnenvaarders. Ruim 3.500 mensen werkten als lader en losser. Vreemd genoeg vervulden 2.002 mensen een onbekend beroep.

Er waren 8.213 ambtenaren in gemeentelijke dienst. De gemeente telde toen nog vele bedrijven, zoals het gas- en elektriciteitsbedrijf. Maar de economie bestond dus uit veel meer concrete beroepen dan in onze huidige kenniseconomie, waar vooral de vele vormen van zakelijke en creatieve dienstverlening groot zijn.

De dok III op de werf van de Nederlandsche Dokmaatschappij, Cornelis Douwesweg 22.
Een sproeiwagen van de Stadsreiniging op de brug over de Bilderdijkgracht, richting het Kwakersplein.

Huwelijk

Het huwelijk was nog een dominant instituut. In 1925 leefden er 278.404 gehuwden in de stad en er waren slechts 494 echtscheidingen. Nu zijn dat er zo’n 1.250.

Drank

In 1925 werden 2.324 processen verbaal voor openbare dronkenschap opgemaakt. De overtreders waren 2.189 mannen en 135 vrouwen. Gezopen werd er veel, van blowen was nog geen sprake.

Het Rembrandtplein met rechts het Rembrandttheater.

Vakantie

De meeste Amsterdammers bleven tijdens de vakantie in eigen land, als ze al de stad uitgingen. Alleen de rijken en de échte avonturiers gingen naar het buitenland. Van de stedentrip per vliegtuig inclusief vliegschaamte was nog geen sprake.

1925, drukte op het strand bij Zandvoort.

De toekomst

Volgens de oude Grieken kijken wij naar het verleden en staan we met onze rug naar de toekomst. Daarom komt de toekomst altijd als een verrassing. Dat was zo in 1925. Niemand kon voorzien wat er zou komen. In 1929 brandde het Paleis voor Volksvlijt af, als symbool van de rampen die zouden volgen: de economische crisis, de bezetting door Hitler, de moord op de Joden. En daarna de wederopbouw, de immigratie en de ongelofelijke techniek met de laptop en de smartphone. En net als toen staren wij ook in 2025 blind naar de toekomst. Wat er gaat gebeuren, zal voor de mens en de stad altijd een verrassing blijven.

 

Foto’s: Stadsarchief Amsterdam

historische achtergrondverhalen

Wekelijks komen er nieuwe historische achtergrondverhalen bij op de nieuwspagina van de gemeente Amsterdam. Een deel van deze verhalen verschijnt ook in de gemeentekrant Amsterdam. De oplage is 523.000 exemplaren en komt zes keer per jaar uit in heel Amsterdam.

lees hier meer achtergrondverhalen

* De verhalen die worden gepubliceerd op deze website weerspiegelen niet per se het beleid van de gemeente Amsterdam, maar zijn een creatieve uiting van de makers.