Voor de pui van de melkwinkel Op Hoop van Zegen in de Eerste Atjehstraat staan vier mensen. Rechts Catrien Groen (1903-1970), bij een melkkarretje met twee melkbussen, waarmee melkslijters in die jaren langs de straten gaan. De man links is haar oom Gerben de Wit (1890-1949). In de deuropening staan Gerbens oudere zus Baukje (1872-1942) en hun moeder, Minke de Wit-Schutter (1850-1932), dan zo’n 71 jaar oud. Ze draagt Friese klederdracht: een wit kanten kapje met twee oorijzers.
De Indische Buurt was in die jaren nog vrij nieuw; de Atjehstraat was in 1900 opgeleverd. Er woonden vooral arbeiders, werkzaam in de scheepsbouw aan de oevers van het IJ. Onder hen veel arme immigranten uit de rest van het land, die op de groeiende werkgelegenheid in Amsterdam waren afgekomen. Dat moet ook voor Minke de Wit hebben gegolden: zij kwam omstreeks 1896 uit Friesland naar de hoofdstad.
* De verhalen die worden gepubliceerd op deze website weerspiegelen niet per se het beleid van de gemeente Amsterdam, maar zijn een creatieve uiting van de makers.