Sla navigate over

Een gokje wagen?

28 april 2025
Geschreven
Hele stad
Verleden

Het middeleeuws rijmpje ‘Trecker, treckt mij wat, of ik geef u een schop op ’t gat’ geeft aan dat gokken eeuwen tot het menselijk aard behoord. Naar vermoeden waren de holbewoners, naast het jagen en verzamelen ook aan het dobbelen. Sinds de middeleeuwen nam de populariteit pas echt toe.

Lange geschiedenis

In de middeleeuwen nam men deel aan de loterij door hun naam op een briefje te schrijven, alsook een gedichtje. De namen van de deelnemers werden een voor een getrokken in combinatie met een ja/nee briefje. Gezien het voorlezen best tijdrovend was, zorgden de middeleeuwser voor een gemoedelijk sfeer tussendoor. Loterijen waren daarom ook volksfeesten waarin voldoende drank vloeide en muziek klonk.

Loterijen maakte het mogelijk om publieke werken te financieren. Een bekend voorbeeld is uit de tijden van de Han-Dynastie (206 v. Chr – 220 n. Chr). Uit de loterijspelen konden ze de bouw van de bekendste overheidsproject, de Chinese muur bekostigen. In Europa was het de Romeinse Rijk waar de loterijen en lotingen een intrede maakten. Onder het bewind van keizer Caesar betaalden loterijen zich ook voordelig uit. Het opgehaald geld gebruikte ze voor reparaties in Rome. De winnaars kregen vaak onbenullige prijzen ervoor terug.

In Nederland vond de eerste geregistreerde lotterij plaats in 1444 in Utrecht. Voor een deelname moest men met eigen levensmiddelen betalen. Het voor Nederland vooral een manier om de burger tevreden te houden. Met het kopen van een lot betaalde ze tegelijk belasting en maakten kans op een leuk prijsje.

Het uitkeren van geld kwam pas veel later. Vanaf dat moment werd het prijzengeld ook ingezet om de armen te helpen als liefdadigheidswerk. Daarnaast werden er ook verdedigingswerken mee bekostigd

Verbeelding op wat voor wijze de loterij van Amsterdam werd getrokken. Stadsarchief Amsterdam

Dolhuys: ‘loterye voor die arme krankzinnighe’

Het Dolhuys, een plek waar de geesteszieken werden behandeld, heeft ook kunnen profiteren van de loterijen. Gesticht in 1561 aan de Kloveniersburgwal, begon het Dolhuys al redelijk snel om uitbreiding te behoeven. Voor de bekostiging ervan werden tussen 1591 en 1592 loterijen gehouden. Eenmaal toestemming te hebben verkregen van het stadsbestuur, volgde de prent waarop de kopers de te winnen prijzen konden waarnemen. Verder heeft een kunstenaars een impressie gegeven van de te realiseren renovatie van het Dolhuys.

De langste trekking

De opbrengsten loonden, maar het voorwerk was een grote organisatorische klus. De lotenverkoop duurde een jaar, waarna de trekking in 1592 maar liefst 68 dagen telde. Des te meer reden voor het Dolhuysbestuur om deze gebeurtenis op canvas vast te leggen.

Op het schilderij staat de volgende tekst gegraveerd: “Door ’t mildt inleggen der goeder burgeren wys bedacht / Is dit huys met dees lotery Aº 1592 in beter staet gebracht”. Binnen het tafereel is in het midden een groot podium met daarom heen een massa aan publiek. Op het podium bevinden zich drie lootmeesters en twee knaapjes. Naar vermoeden zijn de knaapjes bedoeld om het volk gerust te stellen dat er niet is gesjoemeld. Tussen de lootmeesters zijn twee manden met het stadswapen. In de ene mand zijn briefjes met daarop de namen en een rijmpje, en in de andere briefjes met de prijs of het nietje. Aan de zijkant van het podium deelde de mannen met de vuurpotten de uitkomst luidkeels mee aan het publiek.

Durgerdam: loting met godszegen

Een andere verloting heeft plaatsgevonden naar aanleiding van de brand in het nabije dorp Durgerdam in 1688. De verwoestende ramp was als volgt beschreven: “….omtrent 300 Huysen of het gantsche Dorp van de Oost- tot aen de West-kant verteerde; de Kerck / een Zaag-molen en ettelijcke Huysen na de Zuyd-Oost-kant bleven staen”.

De loterijprent die werd uitgehangen was een typerend voor de zeventiende eeuw. Bovenaan, net als bij het Dolhuys, de reden voor de aanbesteding. Direct eronder de stond de prijzenkast afgebeeld met de te winnen goud- en zilverwaar, alsook prijzengeld. Mocht de lotenkoper onvoldoende geïnformeerd of beter gezegd overtuigd zijn, dan bevatte de prent nog een aanvullende tekst waarin de condities en objectbeschrijvingen zijn vermeld. De voegmoderne burger zou ‘Christelyke mededogentheyt’ tonen door een lot te kopen. De loterij behield immers Gods zegen. Door lot te kopen kreeg men in ieder geval een beloning voor het hiernamaals mocht het niet hier geschieden. Als kers op de taart werden op het eind nog 14 coupletten toegevoegd van de ‘Bede aan de meedogende Menschen’ in dichtvorm.

Zoals vanouds moesten deelnemende bij de verkoop hun naam, adres en passed rijmpje indienen. Het beste rijmpje ontving al een prijs in de vorm van zilverwerk, zoals een zoutvat. Dat was al best wat voor de gemiddelde burger gezien de meesten van 5 gulden per week leefden. Een zilveren lepel kostte vaak al meer.

Nadat de trekking heeft plaatsgevonden, kwam op de plek waar de prenten hingen een lijst met namen van de winnaars. En na legitimatie mocht de gelukkige eindelijk de prijs in handen nemen, of zelf laten bezorgen.

Kansspelen in het hier en nu

Fastforward naar de Nederlandse Staatsloterij. Zijn/haar oorsprong is te traceren naar 1726 toen de voorloper, de Generaliteitsloterij plaatsvond. Vanaf 1848 gaat deze verder onder de huidige benaming, de Nederlandse Staatsloterij, en viel sindsdien onder verantwoordelijkheid van het Rijk. De Staatsloterij zoals wij hem nu kennen wordt echter sinds 1992 georganiseerd door hun stichting. Anno nu is het ministerie enkel aandeelhouder en toezichthouder.

* De verhalen die worden gepubliceerd op deze website weerspiegelen niet per se het beleid van de gemeente Amsterdam, maar zijn een creatieve uiting van de makers.