Sla navigate over

Onderwijs, Bouchraschool & Co

27 maart 2025
Geschreven
Hele stad
Verleden

De eerste generatie Marokkaanse gastarbeiders die naar Nederland kwam, had vaak een laag opleidingsniveau. Velen hadden niet meer dan basisonderwijs gevolgd, en een deel was analfabeet, waardoor zij niet konden lezen of schrijven.

De statistieken

Volgens het Jaarrapport Integratie 2007 van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) had destijds 78 procent van de Marokkaanse Nederlanders tussen de 45 en 64 jaar maximaal basisonderwijs. Drie procent van deze groep had een hbo- of wo-opleiding afgerond.

Bij jongere generaties is een spectaculaire verbetering van het onderwijsniveau te zien. Zo groeit het aantal Marokkaans-Nederlandse leerlingen op havo en vwo al jaren. In 2005/2006 ging 20 procent van hen naar havo of vwo, en in 2021/2022 was dit bijna verdubbeld naar 38 procent. Ter vergelijking: bij leerlingen zonder migratieachtergrond steeg dit aandeel in dezelfde periode van 45 naar 51 procent.

Onderwijs in eigen taal

Door de gezinshereniging in de jaren ‘70, nam de vraag naar moedertaalonderwijs toe. Vanaf 1974 financierde het Ministerie van Onderwijs het Onderwijs in Eigen Taal en Cultuur (OETC). Aanvankelijk was het vooral gericht op remigratie, maar later kwam het accent meer op integratie te liggen. Het idee was dat een betere beheersing van de moedertaal zou bijdragen aan een positief zelfbeeld en het leren van Nederlands zou vergemakkelijken. In 1998 werd het OETC vervangen door het Onderwijs in Allochtone Levende Talen (OALT), dat buiten schooltijd werd aangeboden, maar in 2004 werd afgeschaft. Hierna stuurden vermoedelijk meer ouders hun kinderen naar koranonderwijs in moskeeën om daar Arabisch te leren.

Tegen de beslissing om te stoppen met het OETC en het OALT is veel protest geweest. In 2015 dienden EMCEMO,  samen met HTIB en 13 andere Turks-Nederlandse organisaties, een petitie met 52.000 handtekeningen in bij de Tweede Kamer. Ze vroegen vergeefs om de terugkeer van moedertaalonderwijs op de basisscholen.

Arabisch, Darija of Tamazight?

Het OETC-onderwijs voor Marokkaans-Nederlandse kinderen werd voornamelijk in het Arabisch gegeven, de officiële taal van Marokko en de taal van de Koran. Dit was echter vaak niet de taal die de kinderen thuis spraken. In Marokko communiceren de meeste mensen in het Marokkaans-Arabisch, ook wel Darija genoemd. Ongeveer 80% van de Marokkaanse Nederlanders spreekt Tamazight, waarbij de grootste groep Riffijns (Tarifit) spreekt. Daarnaast spreken sommigen Midden-Atlas Tamazight of Tashelhit, een taal die vooral in het zuiden van Marokko wordt gebruikt.

Begin jaren ‘90 laaide de discussie op over het onderwijzen van Tamazight. In reactie daarop nodigden de Universiteit van Amsterdam en het Amsterdams Centrum Buitenlanders in april 1995 professor Kaddour Cadi uit, een voorvechter van Tamazight en pionier in taalonderzoek in Marokko. Hij gaf lezingen in Amsterdam en Haarlem, onder andere bij Amazigh-organisaties. Kort daarna kwam hij in Marokko om het leven bij een auto-ongeluk, waarvan de omstandigheden onduidelijk bleven.

Bouchraschool

Op 1 februari 1971 opende de École Arabe d’Amsterdam officieel haar deuren in de Barndesteeg. De school werd opgericht door het christelijke echtpaar Rolf Boiten en Georgine du Rieu, die eerder in de arme arbeiderswijk Aubervilliers bij Parijs hadden gewoond. Geïnspireerd door hun ervaringen daar, begonnen zij in de jaren vijftig een leefgemeenschap in een kraakpand op de Oudezijds Achterburgwal in Amsterdam. In de vroege jaren 80 verhuisde de school naar de Oudezijds Voorburgwal en kreeg ze de naam ‘Bouchraschool’, wat ‘goed nieuws’ betekent in het Arabisch. Deze naam stond symbool voor de hoop op een betere toekomst voor de kinderen van de Marokkaanse gemeenschap in Nederland.

De school bood naast regulier onderwijs dagelijks een uur les in de Arabische taal en cultuur. Later verhuisde de school naar de Jekerstraat in De Rivierenbuurt. De leerlingen van de Bouchraschool waren bijna allemaal kinderen van Marokkaanse migranten, waaronder voormalig politicus Fatima Elatik en historicusNadia Bouras. De Bouchraschool bleef bestaan tot halverwege de jaren 90. De school sloot uiteindelijk haar deuren toen het aantal leerlingen afnam, doordat veel gezinnen naar andere wijken verhuisden. In 2020 publiceerde historicus en oud leerling Nadia Bouras het boek Een klas apart, waarin ze de geschiedenis van de Bouchraschool en de impact ervan op de leerlingen beschrijft. In 2019 maakte ze samen met Hassnae Bouazza de documentaire De klas van ‘94, waarin ze op zoek gaat naar haar oud-klasgenoten en docenten.

Marokkaan in Mokum

Marokkaan in Mokum heeft een rijk gevuld programma dat verspreid over heel 2025 plaatsvindt. Van 3 tot en met 7 maart 2025 is bij Stichting Argan de expositie Marokkaan in Mokum te bezichtigen. De tentoonstelling belicht de geschiedenis, cultuur en bijdrage van Marokkanen in Amsterdam.

Neem een kijkje op de website

* De verhalen die worden gepubliceerd op deze website weerspiegelen niet per se het beleid van de gemeente Amsterdam, maar zijn een creatieve uiting van de makers.