Helaas is het oudste boek in de OBA niet 750 jaar oud. Het is zelfs onbekend wat het oudst aanwezige boek is. In OBA Magazijn staan wel afleveringen van De Hollandsche Spectator uit 1734, een blad vergelijkbaar met het nog bestaande letterkundige tijdschrift De Gids, opgericht in 1837. De OBA begon natuurlijk pas boeken en tijdschriften aan te schaffen tijdens de oprichting in 1919. De OBA is een openbare bibliotheek, die hebben geen, vakterm, bewaarfunctie. Dat wil niet zeggen dat de OBA alles dan maar weggooit na bewezen diensten, maar zelfs in het Magazijn met 20 kilometer aan stellingkasten, is een boek zijn leven niet zeker.
Als medewerker van de OBA vond ik het heerlijk om in het Magazijn te zijn. Niets liever dan een aanvraag voor het Magazijn van een klant met haast. Ik snelde naar de op -2 gelegen kelderruimte en genoot van de duizenden boeken, bladen, grammofoonplaten, cd’s, bladmuziek en niet te rubriceren andere materialen, vond het gevraagde en kwam bezweet maar gelukkig terug op mijn afdeling, waar de klant voor mij had waargenomen: “Hij komt zo terug, hoor!” Had de klant géén haast, dan moest het via een reservering, en was de lol er voor mij af.
Men vraagt véél te weinig op. 10.000 aanvragen per jaar, op 1, 5 miljoen bezoekers. Zo gaat de kennis van en de sluipwegen door het Magazijn bij de medewerkers verloren. Want je moet echt wel weten waar wat te vinden is. Je hebt verschillende compartimenten met bijvoorbeeld informatieve boeken, romans, jeugdboeken, eindeloze rijen ingebonden tijdschriftjaargangen, cd-boxen, schitterend dit alles.
Dan de bijna bomvrije ruimtes genaamd Kluis en Archieven. Toegankelijk slechts met een sleutel opgehaald bij Beveiliging en paraaf. Daar liggen bijvoorbeeld de dozen met niet-gebonden boeken uit de bibliotheek van het Museum voor Kunstnijverheid in Haarlem. Dit museum sloot begin twintigste eeuw zijn deuren en schonk de gehele boekencollectie aan de OBA. Dan het meest bijzondere boek dat in de bibliotheek te vinden is: het sprekende prentenboek: een nieuwe uitspanning voor de lieve kleinen, een prentenboek uit ca. 1880 met ingebouwd geluidsmechanisme. Het archief- Gerard Reve, met de eerste druk van De avonden.met een tot aan zijn pensionering bezoldigd beheerder. Vanwege de binding van voormalig directeur Hans van Velzen heeft Simon Vestdijk nog zijn eigen archief.
Wat te denken van Radio Elektronica uit 1950, met daarin de memorabele advertentie: bouw uw eigen koelkast, bouwtekening te bestellen voor fl. 0,95. Over 10, 20 jaar is ook Hobby Computer Club zo’n zeldzaamheid, want een Magazijn is dynamisch hoor! Bonita Avenue, Het Diner, De eeuw van mijn vader, ze hebben al hun plekje. Zoals ook voor Sonny Boy, De kinderen van Maria Zachea en De gelukkige huisvrouw.
Soms zijn er rondleidingen in het Magazijn. Dat is een belevenis: je loopt door de wat muf ruikende ruimtes, omringd door ongeveer 1 miljoen items, verschenen tussen 1920-2020. Frank Verbeek, een van onze meest inventieve oud-bibliothecarissen stelde ooit een angstaanjagende nachtelijke speurtocht samen! Romantisch is het Magazijn verder niet. De inrichting is klinisch en functioneel.Aangekomen bij de z.g. Museumcollectie Jeugd echter, is menigeen in snikken zien uitbarsten bij het weerzien met favoriete jeugdboeken van ‘vroeger’. Ze liggen er allemaal nog, van Cissy van Marxveldt, Nynke van Hichtum en de oorspronkelijke, mag ik hopen, uitgave van Het fluitketeltje, van oud-OBA medewerker Annie M.G. Schmidt.
Maar het Magazijn is ook een levend organisme: de wisselcollecties voor de verzorgingshuizen staan er, de projectcollecties voor de basisscholen. Daar ‘werken’ de OBA-medewerkers mee, dus schuifelt altijd wel iemand langs de stellingen. Echter, zonder aanvragen voor zo langzamerhand vergeten boeken van Nel Noordzij, Max Dendermonde, A. den Doolaard of bladmuziek voor pianoleraren (de EPTA-collectie) wordt het Magazijn een levenloze plek. Blijf de OBA lastigvallen met uw vragen naar allang in de duisternis verdwenen materialen.
Niks is voor de eeuwigheid: eerst is er de bibliotheek, dan het Magazijn en dan tja…Jeroen Brouwers, ook in het Magazijn ‘opgenomen’, schreef boeken met de hoop dat er tenminste een snipper van zijn bestaan zichtbaar bleef…Hij zal niet de enige zijn.
Auteur: Leo Willemse
* De verhalen die worden gepubliceerd op deze website weerspiegelen niet per se het beleid van de gemeente Amsterdam, maar zijn een creatieve uiting van de makers.