Sla navigate over

Wie wonen er op huisnummer 750? Marcel, Marlies en Mickey

03 september 2025
Geschreven
Weesp
Heden
Huisnummer 750

“Die snoeiharde Amsterdamse humor, mis ik soms wel”. Door de fusie van de gemeenten Weesp en Amsterdam, ligt de woonark van de familie Revet toch weer in hun oude, vertrouwde Amsterdam.

Marcel, Marlies en Mickey. Credits: Bert Janssen

“Het meest oostelijke puntje van de gemeente Amsterdam.” Marcel Revet (55) maakt een wijds armgebaar over het water van de Vecht. Als zijn woonark honderd meter stroomopwaarts had gelegen, net om de bocht, dan was hij buiten de fusie van de gemeenten Weesp en Amsterdam gevallen. Maar hij viel erbinnen en dus woont de ondernemer, samen met zijn vrouw Marlies (57) en dochter Mickey (22), sinds maart 2022 binnen de gemeentegrenzen. Hij glundert: “Het is wel heel leuk om weer te kunnen zeggen dat ik in Amsterdam woon.”

Pionieren

De praktische consequenties van de fusie zijn geen onverdeeld genoegen, vertelt hij. “Weesp was een verborgen pareltje onder de rook van Amsterdam. Klein en kneuterig. Nu zie je de drukte rap hiernaartoe komen.” Ook werden de vergunningen van alle woonarken opnieuw onder de loep genomen, wat tot nogal wat onrust leidde. “We hadden prima afspraken met de gemeente Weesp. Het eerste wat Amsterdam deed was een brief sturen van vier kantjes met: je moet dit, gij zult dat. Ze kwamen alles opmeten en er gingen nieuwe regels gelden.” Zo is er gedoe over de tussenruimte tussen de arken en mogen de plezierboten niet meer aan de lange zijde van de arken aangemeerd liggen. “Het zijn regels die in de smalle Amsterdamse grachten heel valide zijn. Maar om die ook over ons uit te storten, is kortzichtig.” Het is nog steeds chaos, zegt Marcel. “Niemand heeft nog de juiste vergunning.”

Een warm hart voor Amsterdam heeft hij desondanks nog steeds. Marcel studeerde er fiscaal recht aan de Universiteit van Amsterdam. Hij en Marlies vonden er elkaar in hun studententijd op een feest bij roeivereniging Okeanos aan de Bosbaan. Marcel: “Het heilige water van Amsterdam.” Ze trouwden in New York, in New Amsterdam dus. Later gingen ze pionieren op Java-eiland, waar Mickey werd geboren. “Iedereen zei: ‘Wat gaan jullie daar doen? Zo ver uit de stad, zo’n kale bende.” Lachend: “Nu is het midden in de stad.”

Op een boot?

Het was helemaal niet de bedoeling om te vertrekken, twintig jaar geleden. Marcel, destijds in between jobs, ging eigenlijk op zoek naar een buitenhuisje voor het jonge gezin. Met een schuin oog keek hij ondertussen naar woonarken, waar hij al sinds zijn jeugd een zwak voor heeft. Zo stuitte hij op de woonark van 200 vierkante meter plus tuin in Weesp. Toen er ook nog geen plaats bleek voor de kleine Mickey op de basisschool op Java-eiland, was de knoop snel doorgehakt. “Toen zei iedereen: ‘Zo ver uit de stad? Op een boot? Heb je dan wel verwarming?’ Tot ze kwamen kijken, toen begrepen ze het.”

Ze hebben nooit een seconde spijt gehad. “Het is hier altijd mooi. Ook als het stormt en regent, of als er ijs ligt. In het begin voelde het zelfs alsof het vaker mooi weer was. Dat is natuurlijk niet zo, maar dat komt omdat we buiten leven. We gooien de deuren open en zijn één met de natuur. Dan breekt de lucht open en denk je: alweer een mooie dag!” Rond de boot zwemmen snoeken, snoekbaarzen en een enkele ringslang. Kijken naar het water, vanaf de grote hoekbank, pontificaal voor het raam, of vanaf de vlonders buiten, verveeld ook nooit. “In de winter is het hier doodkalm, in zomerse weekenden varen ze hier drie rijen dik, 30 duizend boten per jaar.”

Ook de hechte gemeenschap van vrijbuiters, bevalt hem. “Hoeveel mensen zijn er niet die hun buren niet kennen? Hier is het vanzelfsprekend dat de brievenbus wordt geleegd en de vuilnis wordt buitengezet als je met vakantie bent, je hoeft het niet eens te vragen.”

 

Credits: Bert Janssen

Karakter

Er is maar één échte Amsterdammer in het gezin, mag dochter Mickey (22) graag benadrukken. Zij werd er geboren. Halverwege het gesprek komt ze de trap opgelopen vanuit het souterrain waar ze, volgens haar vader, “haar eigen mini-appartement” heeft. “Betaalbare woningen voor studenten,” roept ze nog voor ze boven is. Het gesprek gaat over wat er beter kan aan de stad. Marcel valt haar bij. “Heel treurig,” noemt hij het, dat er nog maar nauwelijks plaats is voor jonge mensen die in Amsterdam willen wonen. Niet alleen voor de studenten zelf, maar ook voor de stad. “Jonge mensen geven kleur en karakter aan een stad. Daar wordt veel te weinig over nagedacht.” Een keer kon Mickey een kamer krijgen, maar dat was diep in West. Bijna net zo ver fietsen als nu naar de rechtenfaculteit op Roeterseiland waar ze studeert en roeivereniging Nereus waar ze jarenlang wedstrijdroeide. Dus heeft ze bedankt.

Een ander, gerelateerd, pijnpunt van Marcel: Amsterdam lijkt niet meer helemaal van de Amsterdammers te zijn. Steeds meer Amsterdammers trekken de dure stad uit en expats en toeristen trekken de stad in. “Tien jaar geleden werd je nog vaak aangesproken met die typische Amsterdamse tongval en snoeiharde humor. Achter de toog van een kroeg kon je een Amsterdamse verwachten die duidelijk te kennen gaf hoe zij over de wereld dacht en dat je toch heel blij mocht zijn dat je binnen was. Dat vind ik geweldig en dat mis ik soms.”

Water en reuring

De ultieme Amsterdammer? Dat blijft voor Marcel toch Johan Cruijff. Niet eens zozeer omdat hij een briljante voetballer was, maar om hoe hij de dingen onder woorden kon brengen. “Qua Nederlandse taal klopte er vaak geen hout van, maar iedereen begreep precies wat hij bedoelde.” Mickey: “Altijd als we langs Betondorp rijden, zegt hij: ‘Hier is Johan Cruijff geboren.’” Ooit stond Marcel achter hem bij de kassa van een tankstation. De pompbediende wees hem erop. Helaas was de vogel toen al gevlogen. “Ik zou over de koning kunnen struikelen en hem niet kunnen herkennen.”

Zijn bedrijf, een schade expertise bedrijf gespecialiseerd in industriële schades, is gevestigd in Amsterdam, dus Marcel komt nog vaak in de stad. Maar liever komt hij er om lekker te eten of naar een concert te gaan. Voorlopig ziet hij zichzelf nog niet van de ark vertrekken. Maar mocht het onderhoud ooit te veel worden, lonkt Amsterdam toch wel weer. Met twee vereisten: water en reuring in de buurt.

Brenda van Osch van Bureau Wibaut

* De verhalen die worden gepubliceerd op deze website weerspiegelen niet per se het beleid van de gemeente Amsterdam, maar zijn een creatieve uiting van de makers.