Vanuit de collectieve wijsheid uit een reeks dialogen over de ontwikkeling van kinderen en welke context daar het meest geschikt voor is, is een verhaal geschreven vanuit het kind en de begeleider. Hoe zou het onderwijs, alle activiteiten voor kinderen en de opvoeding anders kunnen zijn? Een dag uit het leven van een kind en een begeleiding in een wereld die anders denkt en kijkt naar een kind en onderwijs.
Een dag met Ben
De wekker gaat. Het is 07:00. Vandaag ga ik met mijn oom Ben op pad. Ben werkt bij PBN als outdoor instructeur. Ik wilde graag een dagje mee om te kijken wat hij nou eigenlijk doet. Ik heb het altijd heel cool gevonden hoe oom Ben klimt, mountainbiket en boogschiet. Misschien wil ik later wel worden zoals oom Ben.
Mijn vader en moeder zitten, als ik beneden kom, samen aan tafel. Er staat voor mij een bordje havermout klaar met een fruitsalade. Ik vraag mijn moeder wat havermout eigenlijk is en waarom ik toch altijd fruit moet eten. Mijn moeder zegt dat je sterk wordt van havermout en dat fruit gezond is. Ik vraag door: “Maar wat is er dan zo gezond aan en waarom word ik sterk van havermout?”
Mijn moeder vertelt dat er in havermout vezels zitten. Vezels moet je zien als een soort treintjes die door je darmen reizen. Die helpen om je eten goed te verteren. In havermout zitten ook andere vitamines en mineralen. Die zorgen ervoor dat je lichaam goed werkt en dat je bijvoorbeeld minder snel ziek wordt. De vezels, ofwel de treintjes, helpen ook om die vitamines en mineralen op de juiste plek in je lichaam te krijgen.
Papa vraagt me of ik lekker geslapen heb en of ik zin heb om met oom Ben op pad te gaan. Ik vertel papa dat ik een onrustige nacht heb gehad. Ik had naar gedroomd. Ik droomde vannacht over oma (oma is een jaar geleden overleden). Papa vraagt me wat ik er dan zo naar aan vond. Ik vertel hem dat ik het heel verdrietig vind dat oma er niet meer is en dat ik haar heel erg mis. Papa zegt dat de dood bij het leven hoort en dat ik zulke dromen juist mag koesteren. “Hoe bijzonder is het dat je oma nog af en toe in je dromen op bezoek komt? Oma heeft een mooi leven gehad en het is goed zoals het nu is. Geef haar de volgende keer maar een dikke kus van mij als je haar weer ziet in je droom.”
De bel gaat… Ben staat voor de deur. “Doe jij even open?” zegt mijn moeder tegen mij. Ik loop naar de deur en daar is mijn oom Ben. Mijn oom geeft mij een dikke knuffel en vraagt of ik klaar ben voor de grote dag. Ik vertel hem hoeveel zin ik erin heb. Ben schuift aan bij mijn ouders aan tafel en zegt dat ik vandaag mag kiezen. “Waar heb je zin in? We kunnen vandaag een groep mountainbikers begeleiden, een groep klimmers begeleiden of een groep boogschieters begeleiden.” Ik vertel hem dat ik heel graag wil klimmen. “Mag ik dan zelf ook klimmen, Ben?” “Ja natuurlijk mag dat.” “Dan wil ik klimmen, Ben.”
We stappen in de auto en vertrekken richting het klimeiland. Het geluid van de motor maakt me nieuwsgierig. Ik word er wat stil van. Ben vraagt: “Wat ben je stil, is er iets?”
Ik vraag aan Ben: “Nou, ik zat te denken… hoe rijdt een auto eigenlijk? Waarom gaan wij vooruit?”
Ben verteld: “Een auto heeft een motor. In de motor wordt brandstof, zoals benzine, verbrand. Daardoor ontstaat energie. Die energie zet de motor in beweging en die beweging gaat via allerlei onderdelen naar de wielen. Omdat de wielen gaan draaien, rolt de auto vooruit — en zo komen wij waar we naartoe willen.”
Aangekomen op het klimeiland stelt Ben mij voor aan zijn collega’s. “Dit is Billy, Billy komt vandaag een dagje meehelpen. Wij gaan vandaag samen een groep klimmers begeleiden.”
De collega’s van Ben stellen zich aan mij voor en zeggen dat ze het leuk vinden dat er zo’n jonge collega bij is. “Wij denken dat je dit heel goed gaat doen vandaag, veel plezier!”
Ik zeg “Dankjewel” tegen de collega’s. Het voelt een beetje spannend, maar ook stoer dat ze denken dat ik het goed kan. Ik kijk om me heen. Het klimeiland is groot, met een hoge muur en allemaal touwen en haken. Er ligt zand op de grond en ik hoor vogels. Het ruikt een beetje naar nat hout en touw.
Ben vraagt: “Billy, wat denk je dat we eerst moeten doen?” ik kijk goed rond. “Misschien de touwen controleren?” Ben knikt. “Goed idee. Jij mag met mij de knopen nalopen. Als de knoop niet goed zit, kan iemand vallen. Wat zou jij doen als je ziet dat iets niet klopt?” Ik denk even na. “Dan zeg ik het. Of ik maak het zelf goed.” “Precies,” zegt Ben. “Zo doen we dat hier.”
Ik loop achter Ben aan. Hij laat zien hoe je de knopen strak maakt. Ik mag het zelf proberen. Mijn vingers doen pijn van het trekken aan het touw. Ben zegt: “Voel maar eens hoe stevig het moet zijn. Soms moet je hard werken met je handen, maar dan wen je aan, het lichaam wordt vanzelf sterk genoeg.” Ik vind het niet erg. Het is fijn om te voelen dat ik iets echt vastmaak.
Er komt een groep kinderen aan. Ze lachen en praten door elkaar. Ik voel mijn buik een beetje kriebelen. Ben legt zijn hand op mijn schouder. “Jij gaat deze groep vandaag helpen. Kijk goed naar hun gezichten. Wie heeft hulp nodig, denk je?”
Ik kijk. Er is een meisje dat een beetje achteraan staat. Ze trekt aan haar mouw en kijkt naar de grond.
“Die misschien?” zeg ik zacht. Ben knikt. “Goed gezien” Ik loop naar het meisje toe. “Hoi, ik ben Billy. Vind je het spannend? Ze knikt heel klein. “Zal ik bij je blijven?” vraag ik. Ze knikt weer. Ik voel me ineens heel rustig. Het is niet eng meer. Ik ben er voor haar.
De kinderen krijgen een helm op en een gordel om. Ben legt alles uit. Ik sta ernaast en help als iemand het niet snapt. Soms voel ik me nog klein, maar dan kijk ik naar Ben en dan weet ik weer dat ik het kan.
Als we gaan klimmen mag ik samen met het meisje onderaan de muur staan. Ik houd het touw vast, samen met een van de instructeurs. “Goed zo! Je kan het!” roep ik naar boven. Ik zie dat het meisje een klein stukje klimt en dan weer omlaag komt. Ze glimlacht. Ik glimlach terug.
Na een tijdje zitten we met z’n allen op boomstammen in een kring. We drinken limonade en eten koekjes. De zon schijnt een beetje door de bomen. Ik luister naar de vogels en de stemmen.
Ben zegt: “Wat heb je vandaag geleerd, Billy?” Ik denk even na. “Dat ik iets kan vastmaken. En dat ik kan zien wie hulp nodig heeft.” Ben knikt langzaam. “Dat zijn twee hele belangrijke dingen in ons werk en die heb jij beide heel goed uitgevoerd vandaag, goed gedaan!”
We ruimen samen de spullen op. Ik sjouw een zware tas met helmen. Mijn armen doen pijn, oom ben ziet dit en neemt de tas over en geeft mij de tas met zekeringen.
Voordat we weggaan lopen we nog een stukje het bos in. Ben zegt: “Altijd even het bos in. Even ademen.” Ik ruik de bomen en hoor de vogels fluiten, in de verte hoor ik getik op de boom. Ben verteld mij dat dit een specht moet zijn “Een specht tikt op bomen om insecten en larven te zoeken die in het hout zitten. Soms maakt hij ook een hol om een nest in te bouwen. En dat getik is ook een soort trommel, zo laat hij andere spechten weten dat dit zijn plek is.”
In de auto terug kijk ik uit het raam. Het bos verdwijnt langzaam. Ik denk aan oma. En aan het meisje. En aan de touwen. Ik voel me trots en ook een beetje moe in mijn hoofd. “Je hebt het vandaag uitstekend gedaan, ik ben trots op je,” zegt Ben. Hij legt zijn hand op mijn knie. Ik kijk naar buiten en denk: misschien wil ik later ook wel iemand zijn die anderen helpt.
Als we thuis zijn staat mama in de deuropening. Ze zegt niks. Ze geeft me gewoon een knuffel. Dat is precies goed.
’s Avonds in bed denk ik: vandaag was ik bang en sterk tegelijk. Dat kan gewoon samen. Ik doe mijn ogen dicht en hoor in mijn hoofd nog de vogels. Ik heb vandaag veel geleerd en een mooie dag gehad. Ik weet dat het goed is.
Wat was jouw wens voor de toekomst van onze jarige stad? Hoe zou Amsterdam eruitzien in 2050 en daarna? Wat zouden we eten, hoe zouden we ons door de straten bewegen, hoe zouden we wonen en samenleven? Van 12 t/m 21 juni 2025 dachten, praatten en deden Amsterdammers mee tijdens de ToekomstTiendaagse. Bezoekers lieten zich inspireren door talks, duurzame modeshows, VR-installaties, e-cart races, hackathons en nog veel meer.
* De verhalen die worden gepubliceerd op deze website weerspiegelen niet per se het beleid van de gemeente Amsterdam, maar zijn een creatieve uiting van de makers.